Op woensdag 26 oktober keurde het Vlaams Parlement het oprichtingsdecreet van het Vlaams Mensenrechteninstituut (VMRI) goed. Volgens cd&v-parlementslid Orry Van de Wauwer biedt dit een kans om discriminatie beter te bestrijden en te waken over gelijke kansen voor iedereen in onze samenleving.
Eerder was Van de Wauwer wel kritisch voor de uitstap uit Unia, zoals afgesproken in het Vlaamse regeerakkoord. Van de Wauwer heeft de uitstap uit Unia en de voorbereiding van het VMRI de hele legislatuur nauw opgevolgd in de commissie Gelijke Kansen. “Minister Somers heeft rekening gehouden met vele opmerkingen die we vanuit cd&v formuleerden en was een echte partner in het maximaal invullen van het VMRI zodat dit een sterke organisatie kan worden die discriminatie treffend kan bestrijden” licht Van de Wauwer toe.
Geschillenkamer
Het VMRI zal àlle mensenrechtenschendingen aanpakken die onder de bevoegdheden van het Vlaamse Gewest en de Vlaamse Gemeenschap vallen. Wanneer iemand klacht indient, zal er altijd eerst geprobeerd worden om via bemiddeling tussen slachtoffer en dader tot een oplossing te komen. Lukt dit niet, dan zal een onafhankelijke geschillenkamer zich uitspreken over de zaak. Deze uitspraak is op zich niet bindend, maar wel gezaghebbend.
In rechte optreden?
Het VMRI zal niet op basis van een individuele klacht naar de rechtbank trekken. Unia kan bijvoorbeeld wel in rechte optreden op basis van een individuele melding. Het VMRI kan dit wel doen wanneer dit in “collectief belang” is. Het feit dat het VMRI niet voor een individuele klacht in rechte kan optreden, is volgens sommigen een stap achteruit in vergelijking met Unia. Daar is Van de Wauwer het, dankzij de invoering van de geschillenkamer, niet mee eens. “De voorbije 12 jaar waren er slechts 17 rechterlijke uitspraken op basis van gelijke kansenwetgeving. Hiervan waren 11 uitspraken op basis van federale wetgeving, slechts zes op basis van het Vlaamse Gelijke Kansendecreet,” verwijst Van de Wauwer naar een studie door professor Cloot naar de impact van 20 jaar gelijke kansenwetgeving. “Wanneer men alsnog naar de rechtbank stapt, is de slaagkansen met ongeveer 50% ook zeer beperkt. Gerechtelijke procedures duren ook lang en kosten veel geld. Daarom geloof ik dat de geschillenkamer een beter alternatief is” zegt Van de Wauwer.
Met het VMRI discriminatie sterker bestrijden
Voor Orry Van de Wauwer is het bijgevolg de vraag hoe procedures na een klacht beter kunnen. “Hoe kan dit sneller kostenefficiënter, laagdrempeliger en kwaliteitsvoller? Vanuit die vraag hebben we het VMRI vorm gegeven.” Als voorbeeld werd ondermeer gekeken naar Nederland, dat al met een geschillenkamer werkt. Die geschillenkamer doet daar uitspraken in 150 zaken per jaar, waarvan 85% van de uitspraken wordt gevold. “Dit zijn beduidend betere cijfers dan wij vandaag in België kennen. Ik geloof echt dat we met een sterk VMRI met een gezaghebbende geschillenkamer méér mensen kunnen helpen en discriminatie sterker bestrijden” aldus Van de Wauwer.
Eenheidsloket
Naast het VMRI, dat bevoegd is voor àlle discriminatiegronden waarvoor Vlaanderen bevoegd is, zullen er ook nog verschillende federale instellingen blijven bestaan. Om deze versnippering tegen te gaan, zal het VMRI samenwerkingsakkoorden afsluiten met de andere instellingen, om zo tot een eenheidsloket te komen. Denk zo bijvoorbeeld aan het FIRM, Unia en het Orgaan voor gelijkheid van vrouwen en mannen.
Apart gekleurd blok 1: Orry stevig in debat met Vlaams Belang over mensenrechten. Met de Reel Orry – FDW over LGBT
Kinderrechtencommissariaat blijft onafhankelijk
Initieel plande minister Somers een inkanteling van het Kinderrechtencommissariaat (KRC) in het VMRI. Volksvertegenwoordiger Orry Van de Wauwer heeft zich hier steeds tegen verzet. Lees hier zijn opiniestuk voor Knack, en vind er links naar debatten die Orry hierover hield in het Vlaams Parlement. Gelukkig blijft het Kinderrechtencommissariaat volledig autonoom bestaan, waardoor zij in alle onafhankelijkheid kan waken over de rechten en belangen van kinderen en jongeren.
0 reacties